Leven in openheid
- Anandajay
- 26 feb 2012
- 7 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 5 apr

Leven in openheid, het in relatie leven met ‘al wat is’, gaat niet over het openstaan voor alles wat er om je heen gebeurt, alhoewel dat ook een vorm van openheid is, maar dan meer in de zin van nieuwsgierigheid of verbazing en verwondering. Natuurlijk is alles om je heen een wonder, wekt het steeds weer je verbazing en ben je benieuwd naar wat er komen gaat, maar het hier bedoelde leven in relatie met ‘al wat is’ gaat niet over je gerichtheid op de constant veranderende gebeurtenissen, maar over je openheid voor de relationele uitwisseling tussen de waarde van jou en van dat wat er in je leven plaatsvindt.
Het aangaan van die openheid vraagt om ontvankelijkheid, zodat de daardoor ontstane sensitiviteit je uit je vooringenomenheid brengt. Dat geeft je dan weer de ruimte om onbekende gebieden te betreden en weer opnieuw alles wat je leven noemt, te doorvoelen en verkennen.
Laten we op die manier eens beginnen met stil te staan bij het woord leven. Het woord leven betekent oorspronkelijk zowel het lichaam (lijf) als dat wat daarin verblijft (blijf). Al het leven dat we kennen is belichaamd, heeft een lijf, heeft een vorm, en er verblijft, er woont ook iets in, er woont, er verblijft leven in. Jij leeft en dat betekent enerzijds dat je een lichaam hebt, waarmee je ervaart hoe allerlei gebeurtenissen aanvoelen, en anderzijds dat je in dat lichaam aanwezig bent als de persoon, die op een bepaalde manier reageert op wat hij ervaart.
Als persoon heb je het vermogen om van het leven dat zich voordoet te leren en er inzicht in te krijgen, waardoor je persoonlijke reacties veranderen, zodat ze meer kunnen gaan aansluiten op de levenswaarde, waar je werkelijk naar verlangt.

Als jouw omgang met het leven steeds meer op je verlangen aansluit, ben je diepgaander met het leven gaan samenwerken. Jij en het leven zijn dan een diepere verbinding aangegaan. Je hebt je dan diepgaander verbonden en bevriend met het leven dat je ervaart.
Leven in openheid betekent dat je deze relatie, deze verbinding en samenwerking met het leven bewust aangaat. Je neemt je lichaam dan serieus als het gebied waarin je alles ervaart en je neemt daardoor de mogelijkheid aan om er als mens een steeds passender relatie mee aan te gaan.
Vaker dan je je misschien bewust bent, beëindig je die relatie echter en trek je je in jezelf terug omdat er iets gebeurt wat je niet fijn vindt. Je verlaat dan de relatie met zowel de gebeurtenis die aan je verschijnt, als met je lichaam of een deel daarvan, waarin en waarmee jij die gebeurtenis ervaart.
Voor je gevoel trek je je op zo’n moment alleen maar uit veiligheidsredenen terug naar binnen, maar is de situatie echt wel zo bedreigend, of is ze enkel onbekend of ongewend? Daarnaast geeft het je in jezelf, het binnen de muren van je ego terugtrekken, je in eerste instantie misschien wel een veilig gevoel, maar als dat wat langer duurt, verandert dat in een gevoel van verlatenheid.

En als je dit terugtrekken als terecht ervaart, voel dan eens of alles wat je daarbinnen denkt en ervaart, zonder in relatie te zijn met het leven om je heen, wel ‘daglichtbestendig’ is? Is dat wat je, als je je uit angst of ontevredenheid in jezelf terugtrekt, voelt, denkt of inziet, ook werkelijk horend bij het leven in openheid, waar je gelukkig in wenste te worden of gelden die conclusies enkel binnen jouw afgesloten beleving van dat moment?
Zijn je gedachten, voorstellingen en ervaringen, die je in teruggetrokkenheid hebt over bijvoorbeeld hoe je met je partner denkt om te moeten gaan ook nog geldig als je weer werkelijk met die persoon in relatie bent?
Geen enkele vorm van relatie laat zich van tevoren, binnen een uit angst ontstane afzondering zo waarachtig ervaren en voorbereiden, dat ze in het werkelijke samenzijn ook zo vruchtbaar verloopt.
Leven in openheid is de uitnodiging om zonder de relatie met de feitelijkheid te verlaten, te ervaren hoe het leven jou aanraakt en hoe jij dan van daaruit met die werkelijkheid omgaat. Alles wat in die openheid gevoeld en ingezien wordt, stamt dan vanuit de relatie met het volle feitelijke leven en niet uit de afwijzing van of angst voor het leven. De ervaringsdeuren naar de wereld blijven dan open, zodat je niet afgescheiden raakt van het geheel, want jij hoort als levend wezen bij het geheel, jij bent een onmisbaar deel van het geheel dat leven heet.

Als jij, omdat iets niet prettig voelt, je in jezelf terugtrekt, lijkt het misschien wel zo dat je je daarmee opent voor jezelf, maar eigenlijk trek je je alleen maar terug binnen de muren van je ego: een verdedigingssysteem, waar jij je meestal mee identificeert. Je bent echter veel meer dan alleen een verdedigingssysteem. Jouw aanwezigheid is net zo ruim, diep en levend als alles om je heen.
Leven in openheid betekent ook hier dat je de relatie, de verbinding en uitwisseling met de volledige inhoud van wat jij bent, bewust aangaat. Je neemt de diepgang van je ‘er zijn’ meer aan, je opent je voor het gevoel van je aanwezigheid, en je doorvoelt wat er allemaal aan leven, aan beleving van jezelf, in je ervaarbaar is, in je woont. Je voelt dan hoe het is om daarmee in relatie, in een open en aanraakbare uitwisseling, te zijn en hoe dat je steeds dieper in contact brengt met een gevoel van essentie. Hoe diep mag het voelen hiervan je aanraken, je beïnvloeden, je iets vertellen over de waarde die daarin ervaarbaar is?
Ook hierbij zou je, als je iets ervaart wat je niet prettig vindt of waar je van schrikt, je weer kunnen terugtrekken binnen de muren van je ego. En ook hier nodig ik je uit om dat niet te doen, omdat dat wat binnen deze muren, binnen dit gebied van angst, gedacht, gevoeld en geconcludeerd wordt, niet in het feitelijke leven van toepassing zal en kan zijn.

Leven in relatie met ‘al wat is’ betekent dat je je niet afsluit voor de wereld om je heen, maar met haar in een vrije uitwisseling blijft. Zij blijft daardoor ervaarbaar als een levende omhulling, waarbinnen je je vrij kunt openen voor de levende en waardevolle relatie met jezelf, je ziel of je gevoel van innerlijkheid.
Leven in relatie met ‘al wat is’ is een je openen voor dat wat je, vanuit de relatie met zowel de wereld als met de diepgang in jezelf, ontmoet, ontvangt en wat je zodoende aanraakt.
Leven in relatie met ‘al wat is’ is een je openen voor hoe dat wat je aanraakt, zowel van binnenuit als van buitenaf, jou beïnvloedt. Het is een je openen voor de energie, die deze invloed in jou genereert en wat jij zodoende aan het leven bijdraagt.
Leven vanuit openheid is een je openen voor deze in beweging blijvende relatie van jouw uiterst aanraakbare aanwezigheid met de wonderbaarlijke uiterlijke levens-manifestatie. De relatie van het leven dat in je woont met de vormen die het steeds weer aanneemt.

Mag ik je daarom uitnodigen om in deze relatie te leren leven, om in deze openheid te leren leven, om te leven in openheid. Mag ik je uitnodigen om alles wat je wenst te leren, uit het volle leven, uit het gehele leven, uit het leven in openheid, te laten voortkomen, zodat het in de werkelijkheid past.
Eenzaamheid en teruggetrokkenheid kunnen je, vanuit hun benauwdheid, die volle levenskwaliteit, waar je zo intens naar verlangt, niet bieden. Zij kunnen je niet begeleiden naar de volheid van het geheel, naar de vrijheid van je bloei, naar de volledigheid van je menszijn.
Ook als je mediteert en even met de diepgang van jezelf wenst te zijn, hoef je je niet af te sluiten voor de uiterlijke manifestatie van het leven. Elke terugtrekking of afsluiting is immers een vermindering van je openheid voor het geheel dat het leven is.
Laat, juist als je mediteert, de uiterlijke wereld de omhulling zijn, waarbinnen jij je geborgen opent voor de innerlijke waarde van je zelf. Alleen dan mediteer je in relatie met de heelheid van het leven en zullen de inzichten die je daarin opdoet, passen in de feitelijkheid daarvan.

Mag je leven in openheid dus alsmaar relationeel blijven, zodat niets wordt buitengesloten of afgesloten, maar je je binnen die levende en alsmaar veranderende omhulling van het uiterlijke leven mag blijven openen voor het ervaren van je zelf (liefde), en voor de zegeningen van je essentie (meditatie).
Alleen als niets wordt buitengesloten of afgesloten, is het ervaren van het je omhullende leven, dat gevuld is met de diepgang van het essentiële leven, een levende waarheid.
In die openheid richt je je niet op je ziel, je wezen of jezelf, want dan vernauw je je openheid weer, maar ben je omhuld door het leven, open voor deze innerlijke waarden van het leven en ontvang je hun zegen in de mate dat je er vrij mee in uitwisseling bent.
In die openheid richt je je niet op iets om je heen, want dan vernauw je je openheid weer, maar laat je je innerlijk gedragen worden door het leven en open je je voor de gebeurtenissen van het leven en ontvang je hun spiegelende begeleiding in de mate dat je er vrij mee in uitwisseling bent.

Mag je daarom in openheid leven. Mag je met je menselijke lichaam alles beleven en uit de diepte van je zijn de essentie alle ruimte voor uitstraling geven. Je afsluiten is onnatuurlijk, want leven betekent dat je vanuit je gehele menszijn (lijf) en je volledige aanwezig zijn (het essentiële dat steeds blijft) in relatie, in open wisselwerking bent met alles wat belichaamd is (vorm heeft) en met leven bewoond wordt (is).
Leven in openheid is leven in relatie, is leven in wisselwerking, is leven met het innerlijk vervullende leven en met het uiterlijk omhullende leven, is leven in een levend geheel van leven. Leef daarom in openheid, zodat je niet meer gebukt hoeft te gaan onder de pijn en de onwerkbare gedachtegangen, die ontstaan vanuit het geïsoleerd zijn.
Leef in openheid, zodat je je weer deel zult voelen van het grote geheel, waar jij bij hoort en in gewenst bent, en proef van de grootsheid, die jij, als leven, bent.
Verwerkt in: Bezieling door Inzicht - 200 levensthema's voor innerlijke groei, thema: 121. Leven in relatie met ‘al wat is’.
Anandajay (vertaald: ‘zegening vanuit het hart’) wijdt zich meer dan 50 jaar aan het integreren van de spirituele essentie in de dagelijkse leefwijze. Hij ontwikkelde daartoe 12 werkvormen, zo'n 50 muziekalbums (mantra’s, puja’s en raga’s) en een twintigtal boeken om de zingevende en gelukkigmakende waarde van de natuurlijke basis van je bestaan, je spirituele echtheid, dichterbij te brengen, zodat die ook jouw lichtende, spirituele leidraad in je leven kan zijn. Hij vat de kernwaarde van zijn werk samen onder de naam: The Light of Being.